Een blowerdoor test wordt uitgevoerd om te bepalen hoe goed de woning luchtdicht is. De test geeft eigenlijk een soort ‘resultaat’ voor alle inspanningen die er gebeurd zijn om te voorkomen dat warme binnenlucht ongecontroleerd door kieren, spleten of gaten in de damprem naar buiten kan lekken.
Tegelijk worden bij de test ook de resterende lekken opgespoord.
Normaal gezien wordt deze test uitgevoerd nadat de ruwbouw ‘dicht’ is. Op dat moment is de woning voorzien van ramen en deuren, van damprem, en is de woning gepleisterd. Wij hebben de test op dat moment niet uitgevoerd.
Via onze architect hebben in april 2009, enkele jaren nadat we in onze woning getrokken zijn, toch nog een luchtdichtheidstest laten uitvoeren. We zijn enkele interessante ‘lekken’ op het spoor gekomen.
Verloop van de test
In een opening van de woning (deur/raam) wordt een grote ventilator aangebracht. Na het opmeten van de weersomstandigheiden buiten, wordt in eerste instantie de woning in onderdruk gebracht. Door lucht uit te woning te onttrekken, zal er lucht van buiten door onderbrekingen in de luchtdichte schil naar binnen lekken. Deze lekken kunnen eenvoudig opgespoord worden door een controleronde te doen door de woning. De onderdruk bedraagt 50 Pascal, en dat is genoeg om zelfs bij de kleinste gaatjes een luchtstroom te kunnen waarnemen.




Eenmaal de lekken in kaart gebracht zijn, wordt de draairichting van de ventilator omgekeerd en wordt de woning in verschillende stappen in overdruk gebracht. De PC die verbonden is met der ventilator stelt een curve op van de lekken bij verschillende overdrukken, en bepaald dan uiteindelijk het resultaat van de test, de zogenaamde n50 waarde. Dit is de hoeveelheid lucht die verloren gaat per uur, vergeleken met het luchtvolume in de woning, en bij een overdruk van 50 Pa.

Ter referentie: die 50 Pa overdruk komt overeen met een windkracht 3 tot 4, en is in dit opzicht dus zeker een realistische situatie.
Voor een laag-energiewoning met balansventilatie ligt de norm voor de n50-waarde op maximum 1.5 volumes per uur. Dit wil zeggen dat dus per uur anderhalf keer het volledige volume van de woning ongecontroleerd verloren gaat. Dit betekent uiteraard een verlies naar energieverbruik toe, gezien dat verloren volume lucht ook opnieuw opgewarmd moet worden.
Resultaten
Eerst en vooral: de gedetecteerde lekken. Er waren enkele punten waarop we verwacht hadden dat deze slecht zouden scoren, maar er waren (uiteraard) ook enkele verrassingen.
Verwacht:
- kelderdeur. Is in zekere mate op te lossen door extra dichtingen te voorzien.
- ALU ramen (glaslatten)
- enkele plaatsen op zolder waar de damprem doorboord is door de bevestigingslatten. Is eenvoudig op te lossen, gezien de plafondafwerking nog niet is aangebracht.
Onverwacht:
- doorvoeren van leidingen naar de kelder die afgedicht waren vanuit de kelder. Er lekt blijkbaar lucht binnen door de holle ruimtes in de gewelven. Is op de lossen door de doorvoeren af te dichten van aan de binnenzijde.
- tabletten onder de ramen: bij langere ramen bestaan de tabletten uit 2 stukken. Waar de stukken tegen elkaar komen lekt er lucht naar binnen
- spotjes in de gewelven: we hebben voor het pleisteren telkens een ‘pot’ verwijderd en vervangen door een stuk gyproc waar dan eenvoudig een gat in gemaakt kan worden voor een spotje. Echter, het blijkt nu dat er een serieus luchtlek aanwezig is van buiten naar de potten toe. Dit hadden we niet verwacht, want de druklaag die op de potten gestort werd sluit ter hoogte van de spouw de potten en balken over de volledige hoogte af (de randen werden uitbekist tijdens de ruwbouwfase). Daarenboven is de vloeibaarheid en de granulatenverdeling van het gebruikte beton specifiek aangepast om kleine holtes op te vullen. We vermoeden samen met onze architect dat scheurtjes die bij de betonverharding ontstaan oorzaak van de luchtlekken zijn… Deze lekken zijn jammer genoeg niet eenvoudig meer op te lossen nadat het plafond is afgewerkt.
- op de slaapkamer van de kinderen is het plafond niet gepleisterd achter een buis van het ventilatiesysteem. Ook daar is er een serieus luchtlek. Dit is wel op te lossen, de buis moet nog ingewerkt worden en daar zullen we zorgen voor een betere luchtdichting.
De opgemeten n50-waarde met de hierboven gemelde luchtlekken bedraagt voor onze woning 1.67 volumes per uur.
Terwijl we dan bezig waren hebben we een snelle 2de test gedaan met het lek van de kelderdeur afgedicht. Toen bedroeg het resultaat 1.5 volumes per uur.
We hebben dus nog wat werk voor de boeg om onze woning klaar te maken voor het komende stookseizoen.
Bedankt
Deze test werd gesponsord door architectenbureau Danneel en Jacobus, bedankt Wilfrid en Paul!
De test werd uitgevoerd door Bart Humbeek van @Home EB bvba te Gent.
6 responses to “Blowerdoor test”
Hey Lieven,
Ons huis is bijna af, K30 E57, de universiteit van gent zal ook een test komen doen. Hoe hebben ze bij rekening gehouden de ventilatie? Dit zijn toch grote opningen die toch ook voor een aanzienlijke luchtstroom kunnen zorgen?
groeten
Stef
Hey Stef,
de ventilatieopeningen worden ter hoogte van het balansventilatietoestel met ballonnen dichtgeblazen en worden zo dus uitgesloten van de metingen.
Vriendelijke groeten,
Lieven.
hallo,
zag toevallig jullie bericht ivm blowerdoortest enkele jaren na de oplevering van jullie LEW.
Ik ben ongeveer in dezelfde situatie, woon al een paar jaar in een zelfgebouwde lew , die echter op geen enkele wijze gecertifieerd is.(toen was zelfs geen EPB nodig)
nu blijkt echter dat je toch een aantal belangrijke subsidies kan krijgen (oa gedurende 10 jaar korting op OV)als je kan laten certifieren dat je in een lew woont; (voornaamste parameter : onder de 30kwh per m2 bewoonde opp).
ik zal dus een PHPP berekening moeten laten maken (zal het wschl. ook via Bart Humbeek doen) en een blowerdoor moeten laten doen.
wisten jullie dit al, van deze certificatie bij bestaande LEW ?
Dag Geert,
ja, ik weet wel van de subsidies voor nieuwe woningen, echter op het ogenblik dat deze voorgesteld werden heeft een collega-LEW-bouwer contact opgenomen met het ministerie om te vragen hoe het precies zat voor bestaande LEW. Het antwoord was kort en ontmoedigend: “Heb je geen refertenummer (krijg je bij bouwaanvragen na 2005) dan mag je het vergeten. Maar ja, je verbruikt toch weinig energie, dus wees daar tevreden mee.”
Na dit antwoord heb ik niet aktief verder gezocht, maar als de regels ondertussen aangepast zijn, dan ben ik zeker geinteresseerd in de voorwaarden.
Vriendelijke groeten,
Lieven.
Edit: op energiesparen.be vind je inderdaad terug: “Nieuwbouwwoningen en bestaande woningen kunnen ook tegen betaling gecertificeerd worden door de vzw Passiefhuis-Platform. Zij zijn voor 2011 eveneens gemachtigd om certificaten voor lage-energiewoningen, passiefwoningen en nulenergiewoningen uit te schrijven.” Dus toch eens navragen!
Van http://www.passiefhuisplatform.be/ geplukt:
Laag energiecertificaat (vooral voor renovatieprojecten)
De eisen om een laagenergie-certificaat te bekomen zijn:
1. De netto energiebehoefte voor verwarming is maximaal 30kWh/m².jaar
2. De temperatuuroverschrijdingsfrequentie boven 25°C bedraagt maximaal 5%.
Er is geen expliciete luchtdichtheidseis. Wel dient men de vooropgestelde n50-waarde aan te tonen aan de hand van een meetrapport dat voldoet aan de wettelijk vereisten.
De randvoorwaarden die men dient te hanteren bij de PHPP-berekening van een lage energiewoning zijn exact dezelfde als voor het verkrijgen van een passiefhuis-certificaat.
De kostprijs voor het certificeren van één ééngezinswoning bedraagt
– €600 BTW excl. voor een passieve of lage energie woning
Ze gebruiken dus phpp als basis, en je hebt een blowerdoor test nodig.
Roeland
Dag Roeland,
bedankt voor de details!
Groeten,
Lieven.